Als wij er niet heen gaan, wie dan wel?

Latifa trekt haar witte jas uit, schikt haar hoofddoek en komt naast me zitten. “Ik vind het zo fijn om met je te praten,” zegt ze, terwijl ze lachend mijn hand vastpakt. “We moeten over ons werk vertellen, het is te belangrijk om er niet over te praten.”

Een jongen eet Plumpy’Nut pindapasta in een voedingskliniek van Medair

Latifa[1] trekt haar witte jas uit, schikt haar hoofddoek en komt naast me zitten. “Ik vind het zo fijn om met je te praten,” zegt ze, terwijl ze lachend mijn hand vastpakt. “We moeten over ons werk vertellen, het is te belangrijk om er niet over te praten.”

Latifa is verpleegkundige bij een van de vijf mobiele voedingsteams van Medair in Zuid-Afghanistan. Deze teams bieden essentiële voedingszorg aan gemeenschappen met een hoge mate van ondervoeding bij kinderen en vrouwen die zwanger zijn of borstvoeding geven.

Een ernstig ondervoed kind wordt gescreend door middel van een bovenarmmeting (MUAC).

De voedingsteams van Medair reizen naar 37 verschillende locaties in Zuid-Afghanistan en geven daar levensreddende noodbehandeling aan mensen die geen toegang hebben tot voedings- of gezondheidszorg. “We zetten de klinieken op terwijl de mensen buiten wachten,” vertelt Latifa. “We geven hen belangrijke informatie over het voeden van hun baby’s en over goede hygiëne. Dan onderzoeken we de mensen en bepalen we de behandeling. Uiteindelijk pakken we de kliniek weer in en gaan we verder.”

Sinds de start van het project zijn 62.997 kinderen jonger dan vijf jaar gescreend op acute ondervoeding en hebben we 12.608 kinderen in behandeling genomen. “Het is fijn om de mensen te ontmoeten en te zien dat ze hoop hebben, dat vind ik het mooiste aan het werk als verpleegkundige,” zegt Latifa.

Een Medair-verpleegkundige voedt een meisje van 18 maanden in een Medair-kliniek.

Latifa is net terug van een ontheemdenkamp twee uur verderop. Daar heeft ze vanmorgen voedingszorg gegeven. “Medair is de enige organisatie die op zulke afgelegen plekken werkt,” vertelt Latifa. “Maar als wij er niet heen gaan, wie dan wel? Soms is het spannend als er incidenten zijn, maar het geeft meer frustratie als we de mensen niet kunnen bereiken door een conflict.”

Vanwege de instabiele veiligheidssituatie in Zuid-Afghanistan zijn afgelegen gemeenschappen soms ineens niet meer bereikbaar. “Ik heb vaker in gevaarlijke gebieden gewerkt, hier in Afghanistan is de veiligheid altijd lastig. Maar als ik er daarom niet naartoe ga, wie neemt dan de verantwoordelijkheid? Alleen Medair gaat deze uitdagingen aan. Als ik de kinderen zie die we helpen en met hun verzorgers praat, dan weet ik dat we goed werk doen voor de mensheid.”

Ali en Ahmad zijn allebei hersteld in het Medair-voedingsprogramma.

Doordat Latifa en haar collega’s goede relaties opbouwen met de gemeenschap, wordt de voedingszorg beter geaccepteerd. “Als we mensen ontvangen in de kliniek, dan is het onze verantwoordelijkheid om hen de best mogelijke zorg te geven. Ik vertel de mensen dat er geen verschil is tussen ons: jij bent een mens, ik ben een mens en we zijn er om elkaar te helpen. Ze zien ons gedrag en hoe we de mensen behandelen, zo krijgen ze vertrouwen in ons en in wat we proberen over te brengen. Vaak komen ze eerst met één kind. De keer daarop brengen ze twee kinderen mee. Dan vertellen ze de mensen in het dorp dat ze ook moeten komen en maken ze zelf reclame voor ons behandelprogramma!”

Terwijl Latifa kinderlevens redt, denkt ze aan haar eigen twee zoons. “Elke dag zie ik ondervoede kinderen. Dan denk ik: dit had mijn kind kunnen zijn. Ze kunnen nergens terecht, daarom moet ik zo goed mogelijk voor ze zorgen. Door de behandeling zien we de kinderen weer opbloeien.

Elke keer als mijn jongste zoon ziet dat ik mijn witte jas aantrek om aan het werk te gaan, zegt hij: mam, mag ik met je mee naar kantoor? Soms trekt hij zelf een witte jas aan. Het is belangrijk dat hij ziet dat we anderen moeten helpen. Hij zegt dat hij dokter wil worden, dat maakt me heel blij.”

Aan het einde van ons gesprek heeft Latifa nog een boodschap voor iedereen die Medair ondersteunt. “Mensen die op deze afgelegen plekken wonen, hebben geen toegang tot ziekenhuizen, voedingszorg of zelfs geen eten. Het zijn mensen, maar ze missen de basisdingen. Ze praten alleen maar over hoe ze kunnen overleven. Blijf dit project alstublieft ondersteunen!”

Dankuwel voor uw steun. Uw gift redt levens in Zuid-Afghanistan. Ga vandaag samen met Medair verder.


In Afghanistan biedt Medair kwetsbare mensen gezondheids- en voedingszorg, veilig drinkwater, latrines, hygiëneondersteuning, moestuinen en landbouwondersteuning. Het werk van Medair in Afghanistan wordt ondersteund door het Mennonite Central Committee of Canada, Global Affairs Canada, het Common Humanitarian Fund, het Bureau voor Internationale Ontwikkeling van de Verenigde Staten en particuliere donateurs.

Voor deze inhoud is gebruik gemaakt van informatie van Medair-medewerkers in het veld en op het hoofdkantoor. De zienswijzen in dit bericht vallen onder de verantwoordelijkheid van Medair en dienen op geen enkele wijze beschouwd te worden als de officiële opvatting van enige andere organisatie.

[1] Naam gewijzigd en geen foto’s van de betrokkene om veiligheidsredenen.

CHECK OUR LATEST STORIES